Verhaal vier uit de verhalenreeks naar Coming Out Day ’20: het verhaal van een moeder en een vader.
“Vanuit een Christelijke opvoeding (niet per sé door ouders maar vooral de kerk) en de algehele gedachtegang over homoseksualiteit ben ik opgegroeid met het feit dat homoseksualiteit not done was. Het beeld wat ik er van had was gerelateerd aan de beelden op TV van de Amsterdamse Pride, verder dacht ik er niet veel over na en had er ook niet echt veel mee te maken.
Nadat ik trouwde en onze zoon geboren werd en hij opgroeide zag ik een bijzonder lief en gevoelig kind. Hij had oog voor mooie dingen, hij zag het als ik nieuwe kleding aan had en was geïnteresseerd als ik me opmaakte. Dat vond ik bijzonder! Hij speelde vaak met de meisjes, verkleedde zich graag met verkleedpartijtjes en was gevoelig en open. Ik heb er eigenlijk onbewust rekening mee gehouden dat hij wel eens homo kon zijn. Op zijn 14e kwam hij uit de kast en gelukkig zat hij op een school in Rotterdam waar dat heel gewoon was, een veilige omgeving voor een puber die op zoek is naar zijn identiteit. Daar ben ik nog steeds heel dankbaar voor.
Voor mij is zijn homoseksualiteit nooit een probleem geweest, zelf heb ik dan ook niet het gevoel gehad zelf ook ‘uit de kast’ te moeten komen. Bijna niemand was verbaasd en ik kon er goed met mijn man en vriendinnen over praten. Ook onze families reageerden positief, dat zie je pijnlijk genoeg ook vaak anders..
Wat mij het meest verdriet deed was dat mijn zoon eenzaam was en deze eenheid zo om hem heen hing, hij miste soms aansluiting bijv. in onze kerk, waar hij overigens wel zichzelf kon zijn en er ook positief gereageerd werd op zijn ‘coming out’. Het idee dat hij zijn leven lang te maken zal hebben met discriminatie en kwetsbaarheid maakt me nog weleens verdrietig.
Toen hij zo’n 5 jaar geleden zijn vriend heeft leren kennen heb ik die akelige eenzaamheid zien verdwijnen. We zijn erg blij met zijn partner waar hij alweer een aantal jaar mee samenwoont. Ik ben ontzettend trots op mijn zoon, net zo trots als op mijn andere kinderen, het maakt gewoon geen verschil. Hij valt toevallig op een man en is verder niet anders dan een ander. Immers je seksualiteit is maar een onderdeel van wie je bent.”
Het verhaal van een vader:
“Coming out… uit de kast komen… ik vind het als vader maar moeilijke begrippen. Voor mijn zoon was het een bevrijding om een geheim openbaar te kunnen maken. Een enorme opluchting om iets waar hij al lang mee worstelde eindelijk, na jaren zoeken, af te kunnen sluiten. Verder te kunnen leven zonder die twijfel of je geaccepteerd zult worden. Verder te kunnen gaan zonder de vraag of de gevoelens die je hebt wel echt zijn en te vertrouwen zijn.
Coming Out Day…een magisch moment in het leven van mijn zoon. Zo van harte gegund door z’n ouders die hem liefhebben vanaf zijn geboorte en verwonderd staan van zijn gevoeligheid, zijn talenten, zijn zorgzaamheid en liefde, zijn unieke Zijn in deze wereld.
En toch zit ik hier te worstelen met die rare woorden, die woorden die mij eigenlijk enorm pijn doen. Pijn omdat die woorden ooit bedacht moesten worden. Pijn omdat ze uitgesproken werden in een enorme kwetsbaarheid door jou, mijn zoon, tegen ons, tegen familie, vrienden en kerkgenoten. Alsof je iets moest uitleggen, alsof goedkeuring gevraagd moest worden om jezelf te zijn en verder te kunnen gaan.
De echte euforie ervaarde ik pas vorig jaar, toen wij met z’n vieren de Rotterdam Pride meeliepen. Jij met je vriend, je moeder en ik, wij zo met elkaar in verbondenheid met duizenden anderen. Laten zien waar we voor staan, laten zien dat we om elkaar geven en met elkaar voelen dat Liefde overwint.
Mijn zoon, ik houd van je, wij houden van jullie…altijd.”