Het derde verhaal in onze reeks verhalen naar Coming Out Day ’20: een ‘probleem’ tot later parkeren.
Ergens rond mijn tiende of elfde jaar viel opeens het kwartje. Die mannen die ze homo’s noemen. Die raar, vreemd, vies of erger zijn. Zo iemand word ik. Dus besloot ik hierover te zwijgen en dit ‘probleem’ tot later te parkeren. Dit zou pas op mijn eenentwintigste zijn, toen ik net op mezelf woonde. Ik wist dat mijn ouders er geen probleem mee zou hebben, maar eerder had ik (in mijn beleving) geen veilige omgeving om mijn ware aard aan de wereld te tonen.
Ik was eerst te jong. Toen ging ik naar een school met overwegend jongens. En net voor mijn examen verhuisde we naar een dorp. Daar waar veel mensen elkaar kennen en een deel van de zware kerk zijn. Ik voelde mij niet veilig genoeg in die omgeving om mij te outen. Maar op mijn eenentwintigste woonde ik op mijzelf in een grote stad om op te gaan in de menigte.
Eerder die week had ik mijn moeder gevraagd of zij de Schiedamsedijk wist te vinden. Een paar dagen later die week kwam het hoge woord eruit. Daar zat het COC. Ken je dat ma? Ja, dat kende zij wel en het bleef even stil. Laten we gaan zitten op de bank, ik maak eerst een pot thee. Toen zij terug kwam met de thee hebben we een tijd geklets. Het was geen probleem. Zelf ging zij als meisje op de kunstacademie, uit met de homo jongens. Mijn vader die later die avond werd ingelicht had er ook geen probleem mee. Wel moesten ze toegeven dat ze de gay scene niet kende. En dus konden zij mee geen advies geven hoe ik het verder moest aanpakken.
Om te starten bij het COC vonden ze een goed idee. Ik werd een paar dagen later door mijn ouders afgezet voor het pand van het COC om daar informatie te halen. Heel spannend vond ik dat. Maar nu ik wist dat mijn ouders achter mij stonden durfde ik met een gerust hart naar binnen te lopen. Via het COC ben ik bij Apollo beland waar ik vele vrienden en mijn eerste liefde heb ontmoet. Al die tijd heb ik mijn ouders op de hoogte gehouden over het verloop van mijn outing. Achteraf een goede zet.
Ouders hebben ook te maken met een soort outing en moeten wennen aan een nieuwe werkelijkheid. Die van een heel ander soort huisje – boompje – beestje voor hun kind. En die stilte die viel tijdens mijn outing? Dat was die van angst die een moeder heeft voor haar zoon. Zij zag potenrammers, eenzaamheid en AIDS (begin jaren 90) voor zich. Door haar op de hoogte te houden in mijn ontwikkeling is die angst verdwenen. En mijn angst voor uitsluiting of het verlies van vrienden bleek ook onterecht. Al die mensen die ik vóór mijn outing kende zie ik nog steeds. Waarom heb ik er in vredesnaam toch zolang mee gewacht?
Heeft dit verhaal je geraakt en wil je daarover verder in gesprek? De inzender is bij ons bekend. Je kan ons bereiken via HWlhbt@gmail.com of volg ons op Facebook HWLHBT
– namens belangengroep LHBTI+ Hoeksche Waard